Door Elisa Duivestein, 30 mei 2024
et verhaal van de familie Guibert blijft mensen van over de hele wereld boeien. Als aan het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw Aimé en zijn vrouw Véronique neerstrijken in Aniane is er van wijnbouw nog geen sprake. Op het landgoed dat zij kopen werd echter eeuwen daarvoor wel al wijn gemaakt. Op aanraden van een bevriende geograaf en geoloog begint het echtpaar, dat zelf geen achtergrond in de wijn(bouw) heeft, met de aanplant van de eerste wijnstokken. Aimé roept hiervoor ook de hulp in van Emile Peynard, oenoloog en professor aan de universiteit van Bordeaux. Ze kiezen onder andere voor de in de Languedoc ongebruikelijke cabernet-sauvignon, vanwege Aimés voorliefde voor bordeauxwijnen. De eerste jaargang wordt gebotteld in 1978 en blaast iedereen omver. Ook de pers komt woorden te kort; Daumas Gassac
wordt vergeleken met chateaus als Latour en Lafite.
Inmiddels zijn we een halve eeuw verder en staat ‘de club van vier’ – Aimés vier zonen – aan het roer. Op het domein is weinig veranderd; er wordt op dezelfde manier gewerkt en ook aan het assortiment wordt niet getornd; één rood en één wit, en in beperkte oplage. Aan speculatie doen de broers niet – hoe gewild de wijnen ook zijn. Ze houden de prijzen bewust eerlijk, en gebruiken Moulin de Gassac als financiering van hun iconische wijnen. Dit project startte Aimé in de jaren negentig, waarbijt hij druiven opkocht bij nabijgelegen wijnboeren om kwaliteitswijnen voor alledag te maken. De wijnen uit de Guilhem-serie blijven onverminderd populair en hebben al meerdere keren de titel ‘Wijn van het Jaar’ binnengesleept.
We zijn opgevoed met onze moeders keuken en onze vaders wijnen, we delen dezelfde smaak.
per fles
bij 6
flessen,
8.00
per fles