De wijngeschiedenis van Andalusië gaat zeer ver terug. Het waren de Grieken die wijn hier introduceerden, maar 1100 jaar v.Chr. werd er al in Andalusië wijn gemaakt. Nog steeds wordt dit met veel passie gedaan. De meeste Andalusische wijnen werden voorheen geëxporteerd naar Europa, vooral naar Engeland omdat zij daar een grote voorliefde voor sherry en zoete wijnen uit Málaga hadden. Nog steeds zijn de Britten groot afnemers van de sherry uit Andalusië. Spanjaarden geven zelf meer de voorkeur aan een kurkdroge, glasheldere fino sherry. Momenteel worden er eigenlijk in alle provincies in de regio Andalusië druiven verbouwd, verspreid over meer dan 40.000 hectare wijngaard. Driekwart van deze wijngaarden hebben een beschermde herkomst (DO). Dee belangrijkste wijnregio is Jerez, waar meer dan de helft van de gehele wijnopbrengst van Spanje vandaag komt. Dit is het meest zuidelijke wijngebied van Europa met droge en hete zomers. Palomino is de meest voorkomende druif in dit gebied waarvan alle sherry’s ook zijn gemaakt. Sherry mag maar in een gebied gemaakt worden, de zogeheten Sherry Triangle. Dit bestaat uit het gebied tussen Jerez de la Frontera , Puerto de Santa María en San Lucar de Barrameda in de provincie Cádiz. Het geheim zit hem in de geschikte bodem en klimaat. Sherry bestaat in vele varianten: van heel droog tot heel zoet en is aan een welverdiende comeback bezig.