De productie van Vinée Vineuse gaat altijd door. Dus hoewel we in januari doorgaans nog niet reizen en veel wijnboeren ook even kort vrijaf nemen, staat er wel een interview op het programma. Online, in dit geval. Zo begroet ik Madeline en vader Gilles op een druilerige donderdagmiddag vanachter de computer. Want ook in Rasteau is het nat. “Het is goed voor de wijngaard dat het nu flink regent, maar het is nog niet koud geweest en ook daar heeft de wijngaard behoefte aan,” vertelt Gilles. “Anders komen de stokken te vroeg tot leven.”
Invloed van de nieuwe generatie
Aan beide kanten van het scherm zitten we klaar met flessen om straks ook gezamenlijk met elkaar te proeven. Het is net echt. Maar eerst ben ik benieuwd hoe het verhaal van Domaine Escaravailles is begonnen. Ook wil ik weten hoe de toekomst eruitziet, nu Madeline al een paar jaar actief is op het domein. Wat is de invloed van de nieuwe gene-ratie bij de familie Ferran? Gilles vertelt dat zijn grootvader directeur was van een van de grootste producenten in de Vaucluse. Ze bezaten 1500 hectare wijngaard, maar de eigenaar is ook geïnteresseerd in grond in de omgeving van Rasteau. Jean-Louis Ferran krijgt een tip voor een hoog gelegen stuk grond in het gebied. Maar de weg ernaartoe is nauwelijks begaanbaar en er is geen water, geen elektriciteit en zelfs geen wijngaard. De deal gaat daarom niet door, maar grootvader Ferran vraagt of hij de plek dan voor zichzelf mag kopen en zo geschiedt. Het huis is niet meer dan een vervallen boerderij, met een schuilplek voor schapen. Maar de omgeving is adembenemend mooi, met uitzicht over de hele vallei en op de Mont Ventoux en de Dentelles de Montmirail.
Om het te kunnen kopen verkoopt hij zijn auto en leent geld. Beetje bij beetje knapt hij de plek op en maakt het bewoonbaar. In 1963 beginnen zijn beide zoons, waaronder de vader van Gilles, met de aanplant van wijnstokken. In 1964 kopen ze hun eerste tractor. Om hun oorspronkelijke lening af te lossen verkopen de broers tien hectare wijngaard en moeten eigenlijk weer van voor af aan beginnen. Het zijn zware tijden. Helemaal als in 1973 een hevige vorst de wijngaard verwoest en er dat jaar geen wijn gemaakt kan worden. Gelukkig zorgen de moeder van Gilles als lerares en zijn tante als kapster dat er in ieder geval brood op de plank komt. Beetje bij beetje worden er nieuwe wijngaarden aangeplant en stukjes grond bijgekocht. Van de druiven maken de broers zelf wijn, die ze verkopen aan lokale handelshuizen. Die bottelen en verhandelen deze vervolgens. In 1988 komt Gilles, inmiddels oenoloog, op het domein werken. Het bedrijf heeft op dat moment 45 hectare wijngaard. In de loop der jaren koopt Gilles er via de familie van zijn moeder nog 20 hectare bij, waaronder een paar prachtige oude percelen, in 1947 aangeplant. Met de komst van zijn studievriend Philippe Cambie, die later uitgroeide tot een van de bekendste wijnconsultants van Frankrijk, verandert er het nodige op het domein. Gilles: “Door Philippes tussenkomst gaf mijn vader ons steeds meer de ruimte in de kelder. Ook letterlijk: door uitbreiding van de kelder konden we beter en kwalitatiever gaan werken. Op suggestie van Philippe begonnen we rijper te oogsten. Tot dat moment verkochten we de meeste wijn nog altijd aan handelaren, die vooral krachtige wijnen van ons wilden. Met Philippe kwam er meer verfijning en complexiteit in de wijnen en gingen we ze vanaf 2003 zelf bottelen.” Tot groot verdriet van Gilles en Madeline kwam er een einde aan de samenwerking met Philippe toen deze eind 2021 overleed.
Weg blijven van natuurwijn
De twee broers geven het domein vorm en maken het groot, maar het zijn vooral de vader van Gilles en later Gilles zelf die er al het werk doen. Als ik aan Madeline vraag hoe zij de toekomst ziet, laat ze weten het domein in omvang terug te willen brengen en ervoor te zorgen dat het erfdeel van haar oom bij diens kinderen komt. Madeline: “Met onze werkwijze is het domein nu eigenlijk te groot voor ons. Ook wil ik helemaal overgaan op biologische wijnbouw; onze werkwijze is groten-deels al biologisch maar ik wil gecertificeerd zijn.
Mijn vader maakte wijn om te leven, ik leef om wijn te maken
Van natuurwijnen, waar mijn generatie veel mee bezig is, blijf ik weg. Ik word er zelf niet blij van: bij de meeste natuurwijnen proef je niet meer waar ze vandaan komen of van welke druif ze gemaakt zijn. Bovendien werken we al met weinig sulfiet. We hebben zelfs een wijn zonder sulfiet, maar die verkopen we alleen op het domein. Het risico is te groot om een dergelijke, kwetsbare wijn te laten reizen. Ik maak liever zuivere biologische wijnen met een pure fruitexpressie, dan natuurwijn. Veel wijnvrienden van mij hebben er net als ik een hekel aan omdat de meeste wijnen gewoon niet goed zijn, maar in Parijs kennen ze bijna niet anders meer. Daar drinken jongeren alleen nog maar natuurwijn. Soms maak ik me daar wel wat zorgen over. Maar er zijn nog genoeg andere dingen die me bezighouden: we willen bijvoorbeeld nog meer vooruitgang in de wijngaard maken. Met drones en analyses van de percelen kun je tegenwoordig veel beter volgen hoe het met de gezondheid van de wijngaard gaat. Zo was het afgelopen jaar heel droog en sommige delen van de wijngaard of stokken hadden daar erg last van. We willen het wijngaardwerk daar per perceel op aanpassen. Daarnaast moesten we met het overlijden van Philippe Cambie op zoek naar een andere consulent. Papa heeft dat aan mij overgelaten; hij vond het belangrijk dat het iemand was waar ik me fijn bij voelde. We hebben een heel goed iemand gevonden, Guillaume Vally. Iemand die net als ik op zoek gaat naar elegantie. Philippe zat wat dat betreft iets meer op kracht en concentratie. Dat zal dus ook wel wat verandering brengen.”
Gilles: “Het belangrijkste is dat Madeline echt een grote liefde heeft voor het vak. Zonder dat lukt het niet, daar zijn de dagen te lang voor en het werk te zwaar. Dit werk doe je alleen uit passie, niet omdat het moet. Ik heb haar ook nooit gevraagd om in het bedrijf te komen, dat kwam echt uit haarzelf. Daarom heb ik er ook ontzettend veel vertrouwen in.”