De jongste generatie Van den Berg werkt sinds kort ook in de horeca. "Zo zijn wij zelf ook begonnen.” Michiels opa was een van negen zoons in een katholiek gezin met achttien kinderen. Voor iedere zoon was er een slagerij. Ook voor de volgende generatie lagen er slagerijen in het verschiet, maar de vader van Michiel en Martijn wilde liever studeren: accountancy, oftewel boekhouden. Als bijbaantje ging hij in de horeca werken en van het een kwam het ander. Hij startte een zelfservice-restaurant en even later een cateringbedrijf, waar-mee hij ook het restaurant van de Noordwijkse golf draaide.
Michiel: “Toen ik tien à elf jaar oud was begon ik mijn vader al te helpen bij de catering; afwassen, flessen sorteren, dat soort dingen. Toen ik net achttien was, werd mijn vader door de burgemeester benaderd om een strandpaviljoen over te nemen. In die tijd waren dat selfserviceloketten. Ik kan me het telefoongesprek nog goed herinneren. Mijn vader hield de boot af, omdat hij het al druk genoeg had. Maar mij leek het fantastisch en ik overtuigde mijn vader de tent door mij te laten draaien. Ik moest hem beloven mijn havo af te maken, wat ik deed, gevolgd door de Hoge Hotelschool. De directeur uit Noordwijk, die we kenden, gaf me de uitzonderlijke mogelijkheid om in de zomer de strandtent te draaien en daaromheen m’n studie te doen.
Die strandtent was heel eenvoudig van opzet, aldus Michiel. “We waren vijf maanden in het jaar geopend, met verkooploket en zelfserviceterrasje op het strand. We verkochten ijsjes, blikjes en broodjes kroket. Ik draaide het samen met mijn beste vriendje van school, Dito Thomàs, een Spanjaard. Zijn vader bedacht de treffende naam: Los Tios, de maatjes. Dito en ik zaten vol plannen, wij gingen de dingen weleens eventjes anders doen. We begonnen te bedienen op het terras, vervingen de plastic stoeltjes en tafels door rotan, serveerden koffie uit een kopje met schotel en bleven na 19.00 uur open en serveerden dan de lekkere gambaatjes. Behoorlijk revolutionair allemaal, begin jaren negentig in Noordwijk. Mijn vader hielp ons met de financiering. Dito ging na een jaar wat anders doen, maar ik ging door. In 1997 kwam mijn broertje, Martijn, erbij.”
In datzelfde jaar kwam het Zuiderbad beschikbaar. Niet meer dan een ‘half afgebrand hok’ in die tijd, maar wel een plek en een naam met historie. Als afstudeeronderzoek voor de Hoge Hotelschool voerde Michiel een haalbaarheidsstudie uit: zou een vast restaurant in de duinen, dat het jaar rond open is, levensvatbaar kunnen zijn? Conclusie: ja! Dus ging Michiel de nieuwe zaak runnen, stortte Martijn zich op Los Tios en werden ze na verloop van tijd officieel zakenpartners. Jong en vol energie stapten ze daarna ook nog eens in Mambo Beach op Curaçao, begonnen twee zaken in de Zwitserse bergen en een kookstudio. Michiel: “Het was allemaal veel te veel, maar we zochten avontuur. Dure lessen waren het: we verdienden niets, maar uiteindelijk werden we wel betere ondernemers.
We verdienden niets, maar werden uiteindelijk wel betere ondernemers. Dat leidde tot onze droom Vesper
In 2008 besloten we, geïnspireerd door al onze buitenlandse ervaringen, op de plek van Los Tios een grote beachclub te laten bouwen, tijdloos maar met internationale allure. Goede vriend en succesvol architect Bart Akkerhuis ging het tekenen. Een giga project met dito investering was het, dat iets moest worden wat aan de Nederlandse kust nog niet bestond. Met een stoere, maar warme uitstraling, passend in het landschap, mooi vanaf het strand én vanaf de boulevard, en geschikt om ieder jaar afgebroken en daarna weer opgebouwd te worden. Of het ons naar de bol was gestegen, vroegen mensen onze ouders regelmatig. Maar het werd meteen een succes, ondanks de crisis. Mijn vrouw Daniëlle bedacht de naam: Bries. Stoer, Nederlands, kort en krachtig, past bij het strand en heeft in het Engels eenzelfde betekenis. Vanaf het begin gingen we door het dak! En dat inspireerde andere ondernemers op het strand om ook groter te denken. Inmiddels zijn er nog veel meer mooie strandtenten bijgekomen in Noordwijk. Ik weet zeker dat dit elkaar alleen maar versterkt. Het trekt mensen aan van verder weg.”
Xavier: In het buitenland zijn jullie nu niet meer actief, maar in Noordwijk des te meer. Bij het grote avontuur met Bries hield het namelijk niet op…
Michiel: “Hahaha, ja dat klopt, maar we zijn een stuk minder… laten we zeggen, onrustig. Die buitenlandse avonturen hebben ons financieel dus niets opgeleverd, maar we hebben er wel veel ervaring mee opgedaan. Bovendien deden ze ons inzien hoe sterk we kunnen zijn in onze eigen geboorteplaats, Noordwijk. En zo is in 2013 – wederom tijdens de crisis – het idee ontstaan om een driehoek te creëren, met een hotel op de boulevard erbij. We wilden een boetiekhotel met een hele levendige lobby, die tevens bar en restaurant zou zijn; een ontmoetingsplek. Met kamers met ieder een eigen karakter, designmeubels en mooie kunst aan de muur, en zoveel mogelijk met uitzicht op zee. We gingen zwaar over budget, maar we hadden iets van: dat zien we later wel. In november kochten we het hotel, kort daarop waren Bart Akkerhuis’ eerste schetsen klaar, in december gingen we slopen en in januari begon de bouw. En in juni gingen we open. We hadden geen keuze, want dat was het moment dat we de reserveringen open hadden gezet. Het was knallen tot het allerlaatste uur, maar op de dag van opening was alles gereed; 27 kamers, bar, restaurant en terras.”
Xavier: Voor de naam kozen jullie dit keer niet voor iets Nederlands…
Michiel: “We wilden een internationale uitstraling. Daarom moest het een naam zijn die in vele talen uit te spreken is en het liefst ook hetzelfde betekent. Zo kwamen we bij het Latijn. Vespera is het moment dat de zon ondergaat en de dag in de nacht overgaat. De lucht krijg dan een paarse gloed. De Vesper Martini is ook gebaseerd op dit moment; het ideale moment om een mooie cocktail te drinken. De violet hour. Er hangt veel om dit moment heen. Vesper werd de naam en het bijbehorende paars de themakleur.”
Xavier: Inmiddels is het Zuiderbad verkocht. Vind je dat jammer?
Michiel: “Nee hoor, het Zuiderbad blijft een prachtige plek en is gelukkig door leuke mensen op een goede manier voortgezet. Maar de verkoop stelde ons in staat het hotel uit te breiden van 27 naar 35 kamers. Bovendien hadden we zonder het Zuiderbad nooit Bries kunnen realiseren. We hebben nu verdeeld over beide bedrijven 150 man werken, dus het is ook wel mooi zo. Ik ben geen 25 meer en de balans tussen werk en privé is nu eindelijk ook wat beter.”
Xavier: Het is prachtig wat jullie met elkaar hebben bereikt! Waar ligt de sleutel tot dit succes?
Michiel: “Dat is maar een ding: kwaliteit. Dat begint bij het personeel, dat heel gemotiveerd moet zijn, trots op het feit dat ze bij je werken en met gastvrijheid en servicegerichtheid als belangrijkste eigenschappen. Niemand wordt hier aangenomen omdat ze met acht borden kunnen lopen. Dat is namelijk niet belangrijk. Het leuk vinden om mensen in de watten te leggen, dat moet in je zitten. Het is superleuk om te zien hoe bepaalde jonge mensen zich hier ontwikkelen. Je ziet ze veranderen, ze krijgen zelfvertrouwen en leren wat werken is. Regelmatig krijg ik ouders over de vloer die thuis opeens een heel ander kind zien. Daar doen we ook veel aan; ze worden getraind, opgeleid, en we vinden het belangrijk ze te laten groeien in plaats van ze te remmen. Dat lukt alleen maar door ze verantwoordelijkheid te geven.
Maar we luisteren ook naar hun behoeften. We willen een goede werkgever zijn. Mensen in de zomer vragen om zeven dagen in de week te werken, is niet meer van deze tijd. Daarnaast moet het personeelseten lekker zijn en mag er na het harde werk best hard worden gefeest. Want ja, het is óók hard werken, en ook dat moet in je zitten. Zet niet te veel bureaus neer, adviseerde mijn vader mij toen ik net begon. Want zodra je ergens een bureau neerzet, gaat er iemand zitten…
Naast de kwaliteit van het personeel, gaat het om de kwaliteit van het product dat we leveren, met aandacht voor details. Neem ons wijnaanbod. Niet voor niets werken we vanaf het allereerste moment met Okhuysen en met niemand anders. Er is hier geen plek voor middelmatigheid. Onze gasten zien dit en waarderen het. Daar komen ze iedere keer weer voor terug. En natuurlijk voor jullie Colagón en alle andere fantastische wijnen. Wat geestig is: persoonlijk hou ik helemaal niet van die stijl, hij is me wat te fris en te zuur. Maar hij zal hier voor altijd blijven; het is een begrip in Noordwijk en meerdere generaties zijn er groot fan van!”